Omstandigheden waarin je niet moet drinken
In sommige gevallen is het nodig om in het geheel niet te drinken. Zelfs een geringe hoeveelheid alcohol heeft invloed op je beoordelings- of reactievermogen en vermindert je coördinatie. Daarom adviseren wij om nooit te drinken als je bijvoorbeeld minderjarig, zwanger, deelnemer van het verkeer bent, of medicijnen gebruikt.
Alcohol en sport; een slechte combinatie
Alcohol en sport combineren slecht. Alcohol kan een tragere reactiesnelheid, afkoeling en een verminderd uithoudingsvermogen veroorzaken. Als je 24 uur voordat je gaat sporten alcohol hebt gedronken heb je een grotere kans om kramp in je spieren te krijgen.
Verminderd uithoudingsvermogen
Om te sporten heb je energie nodig. Die wordt gehaald uit suikers die door de lever worden vrijgelaten in je bloed. Door alcohol produceert je lichaam minder suiker. Hierdoor krijg je minder energie en dus is je uithoudingsvermogen minder groot dan wanneer je geen alcohol zou drinken.
Kans op onderkoeling
Misschien heb je je na het uitgaan wel eens eerst heel erg warm gevoeld en daarna erg koud - dan herken je dit symptoom waarschijnlijk wel; door de alcohol in je bloed voel je je eerst erg warm alsof je koorts hebt. Je lichaam is warmer dan normaal waardoor je snel veel lichaamswarmte verliest. Je verliest echter zo veel warmte dat je onderkoeld kunt raken. Hoe langer je sport of hoe kouder het weer is des te groter is de kans dat je deze onderkoelingsverschijnselen oploopt.